Gasthuisstraat 2-16 / Wittevrouwensingel 13-25
De naam Gasthuisstraat is te danken aan de twee gasthuizen die
hier eeuwen geleden stonden: het Kruisgasthuis en het Martha
Gasthuis. In de 17e eeuw werden de gasthuizen voor het
laatst genoemd in overgebleven geschriften, maar wanneer ze precies
van deze plek verdwenen is onduidelijk. Ook na het verdwijnen van
de gasthuizen bleef dit gebied nog jarenlang een plek voor
liefdadigheid. De woningen aan de Gasthuisstraat en de
Wittevrouwensingel zijn namelijk gebouwd als een complex van
vrijwoningen, de "Breyerscameren". De Fundatie der Breyerscameren
werd in 1749 gesticht, maar Gasthuisstraat 2,4,6 en
Wittevrouwensingel 13 en 14 waren al in de 17e eeuw
gebouwd. In de 18e eeuw werden de overige woningen aan
het complex toegevoegd. Tot 1965 waren ze in gebruik als
vrijwoningen.
Vrijwoningen waren huizen waar voornamelijk hulpbehoevende
bejaarden in mochten wonen zonder huur te betalen. Het complex aan
de Gasthuisstraat bestaat uit drie delen: twee blokken van huizen
die ruggelings aan elkaar zijn gebouwd en een middendeel dat de
blokken verbindt. In 1962 heeft de gemeente de panden opgekocht.
Bij aankoop waren de panden echter al in een zodanig slechte staat,
dat sloop in eerste instantie wenselijk was. De aanvraag van de
sloopvergunning werd echter afgewezen door de toenmalige
staatssecretaris van onderwijs, kunsten en wetenschappen. Hij vond
dat de huisjes over genoeg monumentale waarden beschikten om voor
volgende generaties behouden te blijven. De gemeente besloot af te
zien van sloop en maakte een herbestemmingsplan. Uiteindelijk
werden, na een restauratie in 1975, de Stichting Huisvesting
Beeldende Kunstenaars, twee sportverenigingen en de Jeugdbond
Natuurstudie in de huizen gevestigd. Om dit te realiseren werden
enkele kameren samengevoegd zodat grotere eenheden ontstonden.
Tegenwoordig zijn de huizen weer bewoond. We mogen de
staatssecretaris die in de jaren '60 de sloop belemmerde dankbaar
zijn, anders was Utrecht een bijzonder complex armer.